Wijk bij Duurstede

Het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (NIBUD) heeft het minimabeleid van de gemeente Wijk bij Duurstede geëvalueerd. Daaruit blijkt dat de financiële positie van mensen met een laag inkomen vrijwel altijd beter is dan die van vergelijkbare huishoudens elders in Nederland. Toch zijn er ook aandachtspunten.

Op verzoek van de gemeenteraad zijn in 2007 de effecten van het lokale minimabeleid gemeten. Het NIBUD heeft een effectrapportage opgesteld die inzicht geeft in de gevolgen van het gevoerde beleid op het huishoudboekje van de minima en houdt rekening met verschillende huishoudtypes, inkomensniveaus en leeftijdscategorieën.
Het college heeft de evaluatie in nauwe samenwerking met de lokale Cliëntenraad Werk en Bijstand laten uitvoeren. Zo zijn ook gesprekken gevoerd met diverse ‘sleutelfiguren’ en organisaties die veelvuldig contact hebben met huishoudens met een laag inkomen.

Aandacht voor gezinnen met oudere kinderen

Uit het onderzoek blijkt dat de financiële positie van de huishoudens met een laag inkomen in de gemeente Wijk bij Duurstede vrijwel altijd beter is dan die van vergelijkbare huishoudens in Nederland. De maatregelen in het kader van het minimabeleid zorgen daarbij voor een verruiming van het inkomen. Vooral de tegemoetkoming in de aanvullende ziektekostenverzekering van 20 euro per maand helpt als sprake is van ziektekosten.
Belangrijk aandachtspunt vormen de huishoudens met oudere kinderen (ook landelijk is dit de groep die in feite het minst te besteden heeft). Daarnaast wordt door het NIBUD vooral aandacht gevraagd voor de ‘armoedeval’: het afnemen van het werkelijk besteedbare inkomen wanneer sprake is van het wegvallen van de diverse regelingen en tegemoetkomingen bij een inkomen iets boven het minimum (boven de 110% van het minimuminkomen).

Wethouder Jan Burger is tevreden met de resultaten van het onderzoek: “Maar er zijn nog een aantal specifieke groepen die aandacht nodig hebben: gezinnen met oudere kinderen, ouderen met een zorgvraag, chronisch zieken en mensen met een handicap. Ook de voorlichting blijft een punt van aandacht: hoe bereiken we zoveel mogelijk mensen? En dan ligt er nog de vraag wat we moeten doen met de zogenoemde armoedeval. Daar gaan we mee aan de slag!”

Bijeenkomst met belanghebbenden

Samen met de cliëntenraad wil de wethouder op woensdagavond 26 maart aanstaande een bijeenkomst beleggen, waarvoor alle betrokken partijen en organisaties, maar ook geïnteresseerde personen worden uitgenodigd.
Tijdens deze bijeenkomst wordt de evaluatie van het gevoerde minimabeleid besproken, alsmede de adviezen voor eventuele aanpassingen van het beleid.

Ook de SP zal aanwezig zijn. Henriëtte Sanders: “We hebben natuurlijk nogal wat ervaringen opgedaan via onze hulpdienst. Maar ook uit het klachtenonderzoek van de RSD blijkt dat het minimabeleid op een aantal punten nog beter kan. Goede informatie over de diverse regelingen en eenvoudige procedures voor het aanvragen van een tegemoetkoming bijvoorbeeld. Op die manier kan het nog beter!”