Wijk bij Duurstede

WIJK BIJ DUURSTEDE - Zo vlak voor de gemeenteraadsverkiezingen valt het een college niet mee om alle partijen een compliment te ontlokken. Toch is het SP-wethouder Jan Burger gelukt. De beleidsnota voor gehandicapten is met algemene goedkeuring door de politiek goedgekeurd. “We hoorden de afgevaardigden van de Stichting Intergratie Gehandicapten zelfs verzuchten dat het 25 jaar heeft geduurd voordat er aandacht voor kwam, maar dat die er nu eindelijk is”, vertelt SP-fractielid Hans Pouw.

Op verschillende terreinen en bij verschillende cliëntenorganisaties leefde de wens om de Wijkse voorzieningen bereikbaar te maken en te houden, ook voor inwoners met een handicap. Om die voorzieningen in de gemeente daadwerkelijk toegankelijker, veiliger en bruikbaarder te krijgen stelde het college in samenwerking met de Stichting Integratie Gehandicapten Wijk (SIGW) een nota integraal gehandicaptenbeleid op. “Dit was al jaren een grote wens van de stichting. Het moet de veiligheid van gehandicapten in de breedste zin van het woord verbeteren”, legt Hans Pouw uit.

Hierbij gaat het om aanpassingen aan fiets- en wandelpaden, levensloopbestendige woningen, of bijvoorbeeld mensen bewuster maken van belemmeringen. Aan de nota zit ook een lijst met actiepunten gekoppeld. Pouw: “Het is dus niet alleen een leuk boekwerk geworden, maar vooral ook een doe-ding. Samen met de betrokken organisaties zal de gemeente aan de slag gaan. Het moet vanzelfsprekend worden dat er bij woningen en de inrichting van wijken met mensen met een beperking rekening wordt gehouden.”

Wat draagvlak betreft staat niet alleen de Wijkse politiek achter de nota. Naast de SIGW hebben ook andere partijen, zoals CliëntenBelang Utrecht, een kritische belanghartiger die strijd voor goede zorg, en Stichting De Boogh, een organisatie die met mensen met een handicap werkt, een bijdrage geleverd. “Dit beleid is geen van bovenaf opgelegde verplichting voor een gemeente. Daarom is het mooi dat Wijk er wel mee begonnen is. Met alle betrokkenen moeten we er de komende jaren iets moois van maken”, eindigt Pouw.