h

Parkeerprobleem op Mariënhoeve een doorn in het oog

11 maart 2009

Parkeerprobleem op Mariënhoeve een doorn in het oog

WIJK BIJ DUURSTEDE - Het parkeren op sportpark Mariënhoeve is ‘een doorn in het oog’. Op drukke tijden staan de auto’s op de Lekdijk, met alle gevaren van dien. Voetbalvereniging CDW nodigde vorige week raadsleden en andere betrokkenen uit om te komen kijken. Met succes: er wordt een motie ingediend die het college oproept de zaak aan te pakken. “Anders gebeuren er straks echt ongelukken”, vertelt SP-raadslid Gert de Heus.

De SP heeft al enkele keren gevraagd of de gemeente aan de slag kan gaan met de parkeerproblematiek op sportpark Mariënhoeve.
Gert de Heus: “Meerdere keren heeft het college aangegeven dat zij verantwoordelijk is voor de veiligheid op het park, net als er meerdere keren toegezegd is dat een begin gemaakt wordt met de aanleg van extra parkeerplaatsen. Maar we constateren dat er nog niets gebeurd is. Dat heeft ons bezoekje aan CDW nog eens duidelijk gemaakt.”

In december van het vorige jaar gaf wethouder Henk Muis nog aan dat er eerst gewacht moest worden op een antwoord op de vraag hoe het bouwverkeer van de aankomende projecten zou lopen. Inmiddels is duidelijk dat de vrachtwagens niet meer over het parkeerterrein zullen rijden.
“En dus kan er ingegrepen worden. De verenigingen waar we langs zijn gegaan tijdens de rondleiding zeggen dat allemaal. Het huidige tekort aan parkeerplaatsen is de clubs, maar vooral de bezoekers een doorn in het oog”, vindt de SP-er.
De SP dient dan ook samen met het CDA en de PvdA een motie in die het college oproept om de parkeerproblemen op het sportpark nu echt aan te pakken.
Wekelijks ontvangen de clubs honderden gasten. Al deze mensen willen graag veilig op het sportpark terecht kunnen. Plannen om het veilig te maken en te houden zijn er genoeg. De verenigingen hebben ze al klaar liggen. “Wat ons betreft mogen ze morgen beginnen. Vandaar dat we met het CDA en de PvdA vragen om zo snel mogelijk minimaal vijftig nieuwe parkeerplaatsen te creëren”, eindigt De Heus.

U bent hier