h

Beginnende bands hebben het zwaar door bezuinigingen

30 december 2013

Beginnende bands hebben het zwaar door bezuinigingen

Wijk bij Duurstede – Beginnende bands hebben het steeds zwaarder. De ‘humuslaag’ van oefenruimtes en kleine zalen waarop zij groeien, verdwijnt. Subsidie anders verde­len, kan helpen, denkt cultuurminis­ter Jet Bussemaker.

De mannen van pretpunkband De Ramptoeristen – opgericht in december 2010 – kunnen erover meepraten. Oefenen kan bij een boer in de omgeving van thuisba­sis Wijk bij Duurstede, maar op­tredens regelen wordt steeds lasti­ger. "Punk is al niet zo in trek, vooral singer-songwriters zijn mo­menteel populair", merkt gitarist Jeroen Maarschalkerweerd op,"Dat beperkt het aantal zalen waar we verzekerd zijn van publiek."

Daar komt de terugloop van het aantal beschikbare zalen bovenop. "Vroeger had je een rockcafé in Wijk bij Duurstede en verschillen­de rockpodia in Utrecht, maar die bestaan niet meer," weet Maar­schelkerweerd. De Ramptoeristen zijn dan ook blij met elk optreden dat ze kunnen boeken. Een gage is fijn, maar hoeft niet eens. De band is bereid naar een optreden af te reizen voor een onkostenver­goeding.

Het is niet alleen zo dat rockpodia de deuren sluiten; kleine zalen zijn ook steeds minder genegen om popbands te boeken. Dat is vooral een gevolg van gemeentelij­ke bezuinigingen, staat in de eva­luatie van het Fonds Podiumkun­sten, dat cultuursubsidies ver­deelt. Buurthuizen, waar begin­nende bands zich vroeger konden presenteren, beperken zich mo­menteel weer tot welzijnswerk.

Kleine podia kunnen voor een subsidie niet meer aankloppen bij de provincie en weten vaak de weg niet naar landelijke subsidie­verstrekkers. Aan de subsidie voor de grotere zalen die die weg wél weten te vinden, wordt een bepaalde bezettingsgraad als voor­waarde gesteld. Die zijn daardoor geneigd behoudend te program­meren en geen gok te nemen met een beginnende band.

Positief is dat steeds meer boe­kingskantoren jonge bands ‘mee­boeken’ met meer bekende bands. Dit is het soort oplossingen dat Jet Bussemaker graag ziet. Zoals de minister van Cultuur ook graag meer samenwerking ziet tussen de kleine zalen en de grote­re podia. In de vorm van een ta­lentenjacht bijvoorbeeld, met voorrondes in kleine zalen of buurtcafés en de finale bij een groot podium. Het Fonds Podium­kunsten moet dit soort samenwer­king stimuleren en dus met subsi­die gaan belonen, schrijft de mi­nister in een brief aan de Tweede Kamer.

De Ramptoeristen juichen dit toe, zegt Maarschalkerweerd. „Zo heeft Wijk bij Duurstede tegen­woordig het Catch-Up Festival voor beginnende bands. Ook een goed initiatief.”

U bent hier