h

Eerste AED-kast wordt geplaatst

14 februari 2010

Eerste AED-kast wordt geplaatst


WIJK BIJ DUURSTEDE - Basisschool de Werkschuit in Wijk bij Duurstede heeft donderdag 18 februari aanstaande de primeur. Aan de Notengaard wordt de eerste AED-kast geplaatst. Daarmee kunnen vrijwilligers altijd hulp bieden bij een hartstoornis. “De alarmcentrale van de RAVU gaat de vrijwilligers waarschuwen. Wijk is de eerste gemeente in de provincie waar dit gebeurt. Dat is dus ook een primeur”, vertelt Jan Oechies namens Stichting AED HartstikkeNodig.

“Het begon allemaal op een vergadering van de SP. Ik opperde het plan om een netwerk met vrijwilligers en Automatische Externe Defibrillatoren te realiseren. Wethouder Jan Burger en raadslid Henriëtte Sanders waren meteen enthousiast en zo is de bal gaan rollen”, begint Oechies. “Met Wil van Dam, gepensioneerd verpleegkundige en Henk Huisman, bestuurslid van de EHBO, heb ik de stichting opgericht.”

Vijftig handtekeningen, die nodig waren om er een burgerinitiatief van te maken, waren snel verzameld. Na een SP-motie schaarde de hele gemeenteraad zich achter het plan. “Zodoende konden we 150 vrijwilligers in Cothen, Langbroek en Wijk bij Duurstede scholen. Tevens vroegen we ondernemingen en particulieren om een AED te kopen, waar er nu dertig van zijn. We houden elke drie maanden een vrijwilligersavond en geven jaarlijks de AED-wijzer uit, met adressen van vrijwilligers en AED’s.”

Het uiteindelijke doel was het plaatsen van AED-kasten, die 24 uur per dag voor vrijwilligers bereikbaar zijn met een aansluiting op de alarmcentrale. Dat is gelukt. De stichting is trots dat Wijk bij Duurstede de eerste gemeente in de provincie is die wordt aangesloten op het alarmnetwerk. Donderdag 18 februari aanstaande draagt SP-wethouder Burger om 11.00 uur de sleutel van de kast officieel over. “Die kast is geschonken door een inwoner die ons letterlijk een warm hart toedraagt. Het is de eerste van acht kasten die de komende maanden worden geplaatst. De RAVU zal met een ambulance het schoolplein oprijden en ook de leerlingen worden erbij betrokken,” besluit Jan Oechies.

U bent hier